KOFonds wil een vorm van solidariteit onder ondernemers creëren, waarbij zij hun eigen verantwoordelijkheid opnemen vanuit de filosofie van samenredzaamheid. 

In een complexe maatschappij ontstaat steeds meer het gevoel dat er een te grote kloof bestaat tussen de burger en de staat.  Als die staat dan nog zo complex is als in België, dan vergroot dit gevoel alleen maar.

De overheid moet zich focussen op haar maatschappelijke taken, zonder daarbij in concurrentie te treden met het privé-initiatief. Een belangrijke randvoorwaarde hierbij is dat de overheid zelf goed moet functioneren.  Daarbovenop dient de overheid er ook voor te zorgen dat burgers hun eigen verantwoordelijkheid kunnen opnemen.

Mensen worden het meer en meer gewoon om aanspraken te doen op derden om hun leefomstandigheden te verbeteren.  We denken daarbij aan onderwijs, gezondheidszorg, uitkeringen … Hierbij kijkt men vooral naar de overheid

Zodra de overheid bij wet verplichte belastingen en bijdragen vraagt, zitten we in die overheidssfeer.  Zo ontstaan bij de burger steeds grotere verwachtingen die uiteindelijk zorgen voor een steeds grotere overheidsschuld, met de bijhorende lasten voor volgende generaties.

De vetpotten van de overheid
De vetpotten van de overheid

De welvaartsstaat zorgt er uiteindelijk voor dat burgers meer en meer eisen beginnen te stellen aan de overheid en onvoldoende inzien dat heel het systeem op instorten staat door hun eigen egoïstisch gedrag.  Het gevolg is dat de eigen verantwoordelijkheid bij heel wat mensen wegvalt.

Het is net die eigen verantwoordelijkheid die we opnieuw zouden moeten opnemen, waarbij mensen in nood, zieken of personen in armoede kunnen rekenen op de hulp van familie, vrienden, collega’s of buren. 

Het succes van de vrije markt en de welvaartscreatie zorgt er ook voor dat er groepen van mensen zijn met een ​​negatieve kijk op de overheid, op de economie en op het vermogen dat de economie heeft om tot welvaart te komen. 

Deze negatieve kijk op de overheid kan als gevolg hebben dat overheden meer en meer handelen vanuit wantrouwen tegenover burgers en bedrijven, en beperkingen opleggen aan  ondernemerschap.

Dit is een foute attitude, die doorbroken kan worden door meer te investeren in de autonomie van lokale overheden die dicht bij de burger staan.

Een lokale overheid die dicht bij de burger staat

Daarvoor moet er werk gemaakt worden van minder betutteling en minder overbodige administratieve procedures zodat mensen zelf hun verantwoordelijkheid kunnen opnemen.   Dit kan door het scheppen en beschermen van de voorwaarden voor maatschappelijke zelforganisatie, waarbij de burger zelf zijn verantwoordelijkheid neemt.

Het opnemen van de eigen verantwoordelijkheid kan zowel individueel of in een vorm van samenwerking.  Sterke sociale relaties zorgen er voor dat individuele belangen overstegen worden voor het realiseren van een gemeenschappelijk belang.  We noemen dit “samenredzaamheid” of “sociaal doe-het-zelven”.

In dit ‘sociaal doe-het-zelven’ onderscheiden we vier types van samenredzaamheid:

  • Met bekenden, voor elkaar – voorbeelden zijn zorgcoöperaties, ouderenwoongroepen, collectief privaat opdrachtgeverschap.
  • Met bekenden, voor anderen – voorbeelden zijn steuncirkels, buddy’s en straatcoaches.
  • Met onbekenden, voor elkaar – voorbeelden zijn energiecoöperaties en andere koperscollectieven
  • Met onbekenden, voor anderen – voorbeelden zijn Wikipedia, crowdfunding en andere vormen van crowdsourcing, burgerparticipatie, collaborative governance, social innovation

Een KOFonds is een typisch voorbeeld van de eerste, en meest krachtige vorm van samenredzaamheid : met bekenden en voor elkaar. 

Sociaal doe-het-zelven

KOFonds wil met samenredzaamheid een extra ‘twist’ geven aan het begrip zelfredzaamheid, het is als het ware ‘zelfredzaamheid-plus’,  KOFonds wil een brug slaan tussen de traditionele (politieke) instellingen en de gemeenschap, de burger en de ondernemer.

Ondernemers kunnen het principe van samenredzaamheid gaan toepassen, door los te komen van de traditionele oplossingen, en dingen samen te gaan doen.  Niet alleen door zich te verenigen in belangengroepen, maar door echt voor elkaar te gaan zorgen.  Ze kunnen zich zo organiseren, waardoor er een groter gevoel van solidariteit ontstaat. 

Zo ontstaat een “gemeenschap”, een “community”. Dit is een ander begrip dan een “maatschappij”.  In een maatschappij gaat men berekende keuzes maken om samen te werken en zo bepaalde doelen te bereiken.  Wij zien meer en meer “communities” ontstaan, die dezelfde doelen willen bereiken aan een lagere kost en met een grotere menselijkheid dan de staat of de privé markt.

Het is zelfs goed mogelijk dat dergelijke communities in de nabije toekomst een belangrijke nieuwe bron van sociale diensten worden.  Dit sluit aan bij een lange traditie van religieuze organisaties en liefdadigheid in gezondheidszorg, onderwijs en armoedebestrijding.  Die religieuze organisaties vervingen en vervangen nog steeds de vaak bureaucratische structuren die ver van de mens staan.  

Er is in de samenleving nog steeds een “altruïsme-overschot”, er is een neiging om iets voor anderen te willen betekenen, los van persoonlijk gewin.   Dit brengt een diepere vorm van verbinding tot stand, met een doel dat boven het individu uitstijgt.

In een KOFonds-community vinden mensen hun inspiratie in dit “hogere”. KOFonds richt zich op verbondenheid, samenhorigheid, gezondheid, leefbaarheid en “quality of life”.  

Dit is onze “why”…